Job 27:8-9

16) huichelaars,

Versta, gene. Het is een vraag, die sterkelijk loochent. Vergelijk Gen. 18:17. Job bewijst hiermede dat hij geen huichelaar was, omdat zijn verwachting gans goed en in God gegrondvest was. Zie boven, Job 13:15,16, en Job 19:25,26,27.

Ge 18.17 Job 13.15,16 19.25,26,27

17) uittrekken?

Of, ontbinden; te weten, uit zijn lichaam door den dood. Een bewijs van de onsterfelijkheid der ziel. Vergelijk Gen. 35:18, en de aantekening, 1 Kon. 19:4; Jona 4:3; Luk. 12:20.

Ge 35.18 1Ki 19.4 Jon 4.3 Lu 12.20
18) zijn geroep

Te weten, des huichelaars en goddelozen, met welken ik geen gemeenschap heb, dewijl Hij mij verhoort, ik mij in hem vermaak en hem aanroep. Zie boven, Job 6:10, en Job 12:4, en Job 13:16, en Job 19:25,26.

Job 6.10 12.4 13.16 19.25,26

Proverbs 15:29

61) is ver

Te weten, met zijn genadige verhoring en vaderlijke hulp. Vergelijk Ps. 10:1, en Ps. 22:2. Daarentegen wordt God gezegd nabij te zijn dengene, dien Hij genadig is, dien Hij verhoort en helpt; Ps. 34:19, en Ps. 145:18.

Ps 10.1 22.1 34.18 145.18

John 9:31

34) de zondaars niet

Zie Joh. 9:16,24.

Joh 9.16,24

35) hoort; maar zo

Dat is, verhoord.

Copyright information for DutKant