John 8:44
66) uit den vader Dat is, gij aardt naar den duivel. 67) de begeerten uws Welke voornamelijk zijn lasteren en mensenmoorden. 68) een mensenmoorder Omdat hij den mens tot de zonde, en daardoor tot den tijdelijken en eeuwigen dood gebracht heeft. 69) van den beginne, Namelijk van de schepping des mensen. 70) in de waarheid Dat is, in de oprechtheid, in welke hij geschapen was; 2 Petr. 2:4; Jud.:6. 2Pe 2.4 71) uit zijn eigen; Grieks uit zijn eigen; namelijk ingevingen en bewegingen. 72) vader derzelve Dat is, vinder en stichter derzelve leugenen. 2 Corinthians 11:3
6) de slang Eva Dat is, de Satan door de slang. 7) door hare arglistigheid bedrogen Gr. in; dat is onder schijn van vriendschap en van hen tot meerdere eer en achting te willen brengen. 8) van de eenvoudigheid die Dat is, oprechtheid; zonder oppronken van menselijke welsprekendheid of bijvoegen van menselijke wijsheid, waar deze valse apostelen hen allengskens mede zochten te verleiden, en van Christus af te leiden. 2 Corinthians 11:14
28) in een engel Dat is, in de gedaante van een heiligen engel, die bij God woont in het eeuwige licht; gelijk daartegen het rijk des Satans een rijk der duisternis genaamd wordt, en zijne woonplaats duisternis, Col. 1:13; 2 Petr. 2:4; Jud.:6. Col 1.13 2Pe 2.4 Ephesians 6:12
21) niet tegen Namelijk alleen, of voornamelijk. Want ook de wereld en ons eigen vlees leveren ons gedurigen strijd; maar onze voornaamste vijand, die ook de wereld en ons vlees daartoe gebruikt, is de Satan. Zie 1 Petr. 5:8. 1Pe 5.8 22) vlees en bloed, Dat is, zwakke mensen, gelijk wij ook zelf zijn. Zie Matth. 16:17; Gal. 1:16. Mt 16.17 Ga 1.16 23) overheden, De apostel geeft hier den Satan en zijnen engelen deze titels, niet omdat zij van God tot rechte oversten en regeerders der wereld gesteld zijn, gelijk God den dienst der goede engelen dikwijls gebruikt, Ef. 1:21, en Ef. 3:10, maar omdat zij hunne macht, die de goede engelen van God hebben, en dezen door hunnen val verloren hebben, nochtans als tyrannen met list en geweld over de verdorven en boze wereld nog gebruiken; en dat door een rechtvaardig oordeel Gods hun hetzelve, tot straf der kwaden en een oefening der goeden, voor enen tijd wordt toegelaten. Zie 2 Cor. 4:4; 2 Thess. 2:9,10. Zie ook de aantekeningen Ef. 2:2. Eph 1.21 3.10 2Co 4.4 2Th 2.9,10 Eph 2.2 24) der duisternis Zo wordt het rijk des Satans genaamd, omdat hij door onkennis of onwetendheid van God en Zijn woord de mensen tot allerlei zonden en boosheden brengt. Zie Hand. 26:18; Col. 1:13. Ac 26.18 Col 1.13 25) de geestelijke boosheden Grieks, de geestelijke der boosheid; dat is, geesten, die tot alle boosheid zijn genegen, en de mensen daartoe ook zoeken te brengen. 26) in de lucht. Grieks, in de hemelse, of, overhemelse plaatsen; en wordt dit woord hier anders verstaan dan in de andere plaatsen van dezen brief, omdat de lucht somwijlen hemel wordt genaamd, Lev. 26:19; Matth. 6:26, en de apostel noemt hier voor, Ef. 2;2, den Satan uitdrukkelijk den overste der macht van de lucht; want dat de Satan gene plaats noch macht meer heeft in den rechten hemel, blijkt uit 2 Petr. 2:4; Jud.:6; Openb. 12:8, enz. Le 26.19 Mt 6.26 2Pe 2.4 Re 12.8 Revelation of John 12:9
21) de oude slang, Zo wordt de satan genoemd, omdat hij door een slang onze voorouders in het paradijs heeft verleid. Zie 2 Cor. 11:3. 2Co 11.3 22) de gehele wereld verleidt, Dat is, de kinderen der ongehoorzaamheid in de gehele wereld, Ef. 2:2. Eph 2.2 Revelation of John 17:9-10
27) zijn zeven bergen, Dat is, betekenen zeven bergen. Dat nu de stad Rome op zeven bergen was gebouwd is uit alle oude schrijvers genoeg bekend, welke waren de berg Capitolinus, Palatinus, Coelius, Aventinus, Esquilinus, Viminalis en Quirinalis, waarom zij ook bij enige oude schrijver de zevenbergse stad genoemd wordt. 28) het zijn [ook] zeven Dat is, betekenen zeven koningen of koninklijke regeringen; waaruit blijkt, dat een voorbeeld of zaak wel verscheidene beduidingen kan hebben. Welke nu deze zeven koningen zijn, wordt verschillend verstaan. Enigen verstaan door deze koningen de zeven keizers, die te Rome na den tijd van Nero tot dezen tijd van Johannes' ballingschap, hadden geregeerd. Doch daar schijnt geen reden te zijn, waarom de keizers, die voor Nero's tijd van Julius Caesar af geregeerd hadden, niet zowel zouden moeten gerekend worden als de volgende, en is openbaar dat hier van zulke koningen wordt gesproken, die de geheel regering van het ganse Romeinse rijk omvatten. Daarom verstaan anderen het beter voor de zeven vormen of wijzen van regering, waarmee de stad Rome zo tevoren geregeerd was, als daarna nog geregeerd zou worden, gelijk de engel Openb. 17:10,11 getuigt. Waarvan de eerste regering was geweest van Romulus af tot Tarquinius, onder eigenlijke koningen. De tweede, van Brutus af, onder de Consuls of burgemeesters. De derde, onder Dictators. De vierde onder de Decemviros. De vijfde onder de Tribunos Consulares. De zesde, onder keizers, van Julius Caesar af, welke nog duurde, toen aan Johannes deze openbaring is geschied. Re 17.10,11 29) de ander is nog niet Dat is de zevende soort of wijze van regering, die onder Constantijn de eerste Christen keizer is begonnen, die een anderen vorm van regering in zijn tijd heeft aangevangen, en nadat hij omtrent twintig jaren te Rome had gezeten, en het Christengeloof alom had ingevoerd, naar Bizantium is getrokken, hetwelk hij naar zijn naam Constantinopel heeft genoemd, en heeft aldaar den stoel des keizerrijks vooral bevestigd, waardoor het keizerlijk gezag te Rome en in Itali meer en meer is afgenomen, en de antichristische heerschappij allengskens is opgekomen. Welke de achtste vorm van regering is, waarvan hier wordt gesproken.
Copyright information for
DutKant