Joshua 24:3
Joshua 24:14-15
15) in oprechtheid Dat is, oprechtelijk, van ganser harte, zonder bedrog. 16) uw vaders Te weten, Therah, Nahor, enz., ja ook Abraham, eer God de Heere hem uit Ur der Chalden geroepen heeft. 17) Doch zo Jozua stelt het den Isralieten niet vrij, God te dienen of niet; maar dit zegt hij opdat zij vrij en ongedwongen zouden verklaren wat zij te doen gezind waren, en opdat zij des te vaster zouden verbonden blijven God te dienen, nadat zij zulks vrijwillig aangenomen hadden te doen. Zie dergelijke manier van spreken, Ruth 1:8,15. Ru 1.8,15
Copyright information for
DutKant