Judges 10:4

6) ezelveulens,

Zie boven, Richt. 5:10.

Jud 5.10

7) Havvoth-jair,

Of, Ja‹rs hoeven, vlekken. Alzo genoemd door hun vader Ja‹r, of naar den vorigen Ja‹r, waarvan te zien is Num. 32:41; Deut. 3:14. Misschien is deze Ja‹r een nakomeling van den voorgaanden geweest.

Nu 32.41 De 3.14

Judges 12:14

25) rijdende op zeventig ezelveulens;

Zie boven, Richt. 5:10, en Richt. 10:4.

Jud 5.10 10.4
Copyright information for DutKant