Judges 13:17-19

20) vereren,

Met enig geschenk, tot een teken van dankbaarheid. Vergelijk 1 Sam. 9:7,8, en 1 Kon. 14:3.

1Sa 9.7,8 1Ki 14.3
21) Wonderlijk.

Hebreeuws, Peli; dat is, wonderlijk, of verborgen. Vergelijk Jes. 9:5. Anders, en hij was wonderlijk, te weten in zijn doen, gelijk in Richt. 13:19 gezegd wordt.

Isa 9.6 Jud 13.19
22) offerde het op den rotssteen,

Vergelijk Richt. 6:26.

Jud 6.26

23) den HEERE.

Naar de woorden des engels, Richt. 13:16.

Jud 13.16

24) Hij handelde wonderlijk in [Zijn] doen;

Te weten, deze engel.

Judges 13:22-23

26) zekerlijk sterven,

Hebreeuws, stervende sterven. Vergelijk boven, Richt. 6:22, en de aantekeningen aldaar.

Jud 6.22
27) dit is.

Zijnde geen teken van toorn, maar van bijzondere genade en gunst.

Copyright information for DutKant