Judges 4:15

28) versloeg Sisera,

Zie Richt. 5:20.

Jud 5.20

29) scherpte des zwaards,

Hebreeuws, door, of, aan den mond des zwaards; alzo in Richt. 4:16. Anders, verschrikte, enz., voor de, enz., waarvan de zin zou wezen dat God hen op een bijzondere wijze verbaasd heeft gemaakt, opdat zij zonder tegenstand door der Isra‰lieten zwaard mochten vallen.

Jud 4.16

Judges 5:19

53) Thaanach

Plaatsen, behorende tot den halven stam van Manasse. Zie boven, Richt. 1:27, en vergelijk Joz. 17:11.

Jud 1.27 Jos 17.11

54) zilvers daarvan.

Of, gelds. Anders, zij brachten niet een stukje zilver daarvan, daar zij groten buit meenden te halen.

Judges 5:21

56) wentelde hen weg,

Of, veegde hen, keerde hen weg, door verbolgenheid van den stroom, die van boven door storm en onweder was verwekt.

57) beek Kedumin,

Lopende van het gebergte in de beek Kison, naar uitwijzen van de kaart. Anders, beek der oudheden; dat is, zeer oude beek, die vanouds, van den beginne af geweest, en van God daartoe gemaakt en behouden is.

58) vertreed,

Dat is, veracht de macht des vijands. Anders, mijn ziel trad op de sterken; door het gebed en Gods ingeven vertrouwende, dat zij als vertreden en onder de voeten gelegd zouden worden.

59) de sterken.

Hebreeuws, de sterkte; te weten des machtigen vijands, die nu onder onze voeten gelegd is.

Copyright information for DutKant