Judges 8:10
19) gevallenen Die tevoren omgekomen waren. 20) uittrokken. Hebreeuws, uittrok; dat is, ieder van hen was tot den krijg bekwaam geweest. Dit dient tot merkelijke vergroting van Gideons victorie. Zie ook deze manier van spreken van het uittrekken des zwaards, onder, Richt. 20:15,17,25,46; 2 Sam. 24:9; 2 Kon. 3:26, enz. Jud 20.15,17,25,46 2Sa 24.9 2Ki 3.26 Judges 8:12
24) verschrikte het ganse leger. Omdat hij hen onvoorziens overviel, werden zij verbaasd en vluchtende verslagen, of immers gans en ten enenmale verstrooid en machteloos gemaakt.
Copyright information for
DutKant