Leviticus 1:14
23) jonge duiven, offeren. Hebreeuws, zonen der duiven; alzo onder, Lev. 12:6. Aldus wordt ook genoemd een jonge os, de zoon van een rund, Gen. 18:7, en boven, Lev. 1:5, een jonge ezel, de zoon ener ezelin, Gen. 49:11, een jonge eenhoorn, de zoon des eenhoorns, Ps. 29:6. Le 12.6 Ge 18.7 Le 1.5 Ge 49.11 Ps 29.6 Numbers 29:8
Numbers 29:13
15) dertien jonge varren, Te weten, op den eersten dag van dit feest. Want op den tweeden moesten maar twaalf varren geofferd zijn, op den derden maar elf, en alzo doorgaans een var minder dan op den voorgaanden geofferd was. Zie onder, Num. 29:17,20,23,26,29,32. Nu 29.17,20,23,26,29,32 Numbers 29:17
17) op den tweeden dag: Te weten, van het feest der tabernakelen; en alzo in het volgende.
Copyright information for
DutKant