Leviticus 25:46

57) dienen;

Te weten, als slaven en lijfeigenen, gelijk boven, Lev. 25:39.

Le 25.39

Isaiah 14:2

10) de volken

Dit is eerst vervuld als enige volken onder de heidenen den Joden, toen zij naar Jeruzalem weder optogen, alle hulp en dienst bewezen hebben; Ezra 1:6. Daarna, als vele heidenen door de gelovige Joden [door de apostelen, hunne medehelpers en navolgers] tot de gehoorzaamheid des Evangelies en tot de gemeenschap der Christelijke kerk zijn gebracht geworden. Zie boven Jes. 11:14, en onder Jes. 66:20.

Ezr 1.6 Isa 11.14 66.20

11) in hun plaats

Of, aan hunne plaats; dat is in hun vaderland.

12) het huis Isra‰ls

De Isra‰lieten zullen de volken zo onder hun gebied hebben, alsof zij hunne dienstboden waren. Doch dit is te verstaan van een vrijwillige dienstbaarheid, daar herkomende, dat de vreemdelingen de religie der Joden, en daarna de Christelijke religie, zouden aannemen.

13) in het land

Dat is, in Judea, hetwelk aldus genoemd wordt omdat God dat land ten erve gegeven had en dat Hij zijne rust in den tempel te Jeruzalem genomen had.

14) zij zullen

Dit is voltrokken als de heidenen, door de predikatie der apostelen, zich Christus hebben onderworpen. Zie 2 Cor. 10:5,6.

2Co 10.5,6

Zephaniah 2:9

28) [zo waarachtig als] Ik leef,

Hebr. Ik leef.

29) Moab zal zekerlijk zijn

De Moabieten en hun land. Zie Jer. 48:1, enz.

Jer 48.1

30) als Sodom,

Te weten, enigermate en een tijdlang zal hun land woest liggen; maar Hij wil niet zeggen dat het alzo zal vernield worden, noch dat het in der eeuwigheid zo woest zou blijven, gelijk Sodom.

31) een zoutgroeve,

Woest en ellendig waar niets wassen zal. Zie Richt. 9:45; Ps. 107:34; Plin lib 31, Nat. Hist. cap. 7.

Jud 9.45 Ps 107.34

32) tot in eeuwigheid!

Dat is, een lange tijd. Want deze landen zijn niet altoos dus desolaat gebleven.

33) zullen ze beroven,

De zin is: Enige Ammonieten en uit Moabieten Christelijken godsdienst bekeren, en zij zullen in den schoot der gemeente ontvangen en aangenoemen worden. Verg. Zef. 2:7, en zie de aantekening bij Jes. 11:14.

Zep 2.7 Isa 11.14

34) zal ze erfelijk bezitten.

Of, zullen ze erven.

Copyright information for DutKant