Leviticus 4:6

13) voor den voorhang van het heilige.

Versta, een zeer kostbaar tapijt, waarmede het heilige, of het voorste deel des tabernakels, van het heilige der heiligen, of het allerheiligste, hetwelk was het achterste deel, [hier ook het heilige genoemd] onderscheiden wordt. Zie Exod. 26:31,32,33, en Exod. 35:12, en Exod. 40:3,21; Num. 4:5.

Ex 26.31,32,33 35.12 40.3,21 Nu 4.5

Hebrews 9:3

8) achter het tweede voorhangsel

Dat was het voorhangsel, dat het heilige van het heilige der heiligen scheidde, en wordt het tweede genoemd, ten opzichte van het eerste voorhangsel, dat den ingang van het heilige in den tabernakel bedekte. Zie Exod. 26:36; want in den tempel was dit met muren van de voorhoven gescheiden, waarin daarom maar ‚‚n voorhangsel was, hetwelk scheurde toen Christus aan het kruis is gestorven; Luk. 23:45.

Ex 26.36 Lu 23.45

9) de tabernakel,

Dat is, het deel van den tabernakel; want beide deze delen waren onder ‚‚n dak.

Copyright information for DutKant