Luke 14:26

19) haat zijn vader,

Dat is, die deze boven mij liefheeft, gelijk verklaard wordt Matth. 10:37.

Mt 10.37

20) leven,

Grieks ziel; gelijk Matth. 16:25.

Mt 16.25

1 Corinthians 7:35

67) tot uw eigen

Dat is, gemak en oorbaar. En alzo verklaart hij in dit vers hetgeen hij tevoren goed of niet goed genaamd heeft.

68) een strik over u

Namelijk om u tot het ongetrouwde leven stipt te verbinden.

69) herwaarts en drewaarts

Of, onaftrekkelijk; namelijk met de zorgen en bekommernissen dezer wereld.

Galatians 1:10

27) predik ik nu

Grieks raad ik nu aan de mensen of God? Namelijk te horen of geloven. Want het Griekse woord, dat de apostel hier gebruikt, alsook Hand. 28:23, en 2 Cor. 5:11, betekent eigenlijk iemand met redenen bewegen of overreden, en is hier de zin: Zoek ik in mijne predikati‰n u te bewegen, dat gij mij of enig mens zoudt aanhangen? Hij wil zeggen: dat doe ik geenszins.

Ac 28.23 2Co 5.11

28) of God?

Dat is, dat gij uw vertrouwen zoudt stellen op God in Christus; hetwelk, wil hij zeggen, ik doe in al mijne predikati‰n.

29) Of zoek ik mensen

Dat is, zoek ik in mijne predikati‰n de gunst van enige mensen? Geenszins, wil hij zeggen. En dit schijnt dat de valse apostelen den Galaten zochten wijs te maken, om de leer des apostels verdacht te maken.

30) nog

Namelijk nu tot Christus bekeerd zijnde, gelijk ik deed in het Jodendom, als ik, om den hogepriesters en Joden te behagen, de gemeente vervolgde.

31) mensen

Namelijk die van Christus vreemd zijn, of naar hunne gezindheid willen gepredikt hebben; 2 Tim. 4:3. Anderszins mogen en moeten ook de vrome leraars zich zo gedragen in leer en leven, dat zij den vromen en Godzaligen mensen in Christus mogen behagen; 1 Cor. 10:33.

2Ti 4.3 1Co 10.33

32) behaagde, zo

Dat is, alleen hunne gunst zocht in het prediken.

33) dienstknecht van Christus.

Dat is, een waar, oprecht en getrouw dienstknecht. Want niemand kan twee heren dienen; Matth. 6:24.

Mt 6.24

Ephesians 5:25

34) overgegeven;

Namelijk in den dood.

Copyright information for DutKant