Mark 16:20

23) overal,

Dat is, door de gehele wereld, Hand. 10:28,42.

Ac 10.28,42

24) wrocht mede, en bevestigde

Of, bekrachtigde; namelijk door de werking zijns Geestes de predikatie zijns Woords in de harten der mensen, tot hunne bekering. Zie Hand. 14:3, en Hand. 16:14; 1 Cor. 3:7.

Ac 14.3 16.14 1Co 3.7

25) het Woord door tekenen,

Namelijk van de predikatie des Evangelies.

John 10:16

28) andere schapen, die

Namelijk de uitverkorenen uit de heidenen.

29) stal niet zijn;

Namelijk der Joodse gemeente; Joh. 11:51,52.

Joh 11.51,52

30) stem horen; en

Dat is, leer, van de apostelen en andere getrouwe dienaars des Woords hun voorgedragen.

31) kudde, [en] een Herder.

Dat is, ene gemeente, bestaande beiden uit Joden en heidenen; Ef. 2:13,14.

Eph 2.13,14

2 Corinthians 13:3

7) zoekt een proef

Dat is, schijnt te zoeken. Want dien wordt gezegd Gods straf te zoeken, die gewaarschuwd zijnde zich niet bekeert.

8) in mij spreekt,

Of, door mij.

9) niet zwak is,

Namelijk in het doen van krachtige tekenen en gaven des Geestes, kennis der talen en anderen dergelijke.

Copyright information for DutKant