Matthew 12:1
1) sabbatdag Grieks, sabbaten. Mark 16:1
1) hadden Maria Magdalena, en Maria, Of, hebben; doch dit woord hadden komt hier beter, omdat de specerijen des avonds v¢¢r den sabbat nu al gekocht waren, gelijk Lukas verklaart, Luk. 23:56. Lu 23.56 2) zalfden. Dat is, balsemden. Acts 13:14
21) in Pisidie; Dit was een deel van Pamfyli, waar dit Antiochi in lag, alzo toegenaamd, om het te onderscheiden van het andere Antiochi in Syri, waarvan zij uitgevaren waren, Hand. 13:1,4. Ac 13.1,4
Copyright information for
DutKant