Matthew 2:4
5) overpriesters Deze waren de hoofden van de ordeningen der priesters, uit Eleazars en Ithamars geslacht, en waren vier en twintig in getal, 1 Kron. 24:4, en 2 Kron. 36:14, van welken alleen de hogepriester het opperhoofd was. 1Ch 24.4 2Ch 36.14 6) schriftgeleerden des volks, Anders, wetgeleerden, gelijk blijkt uit de vergelijking Matth. 22:25 met Mark. 12:28. Hun ambt was de Schriften van Mozes en der profeten het volk uit te leggen. Zie Ezra 7:6 en Matth. 13:52. Uit dezen en de overpriesters tezamen bestond de hoogste kerkelijke vergadering der Joden. Mt 22.25 Mr 12.28 Ezr 7.6 Mt 13.52 7) vraagde Dat is, vernam.
Copyright information for
DutKant