‏ Numbers 14:24

31) mijn knecht Kaleb,

Jozua wordt hier niet genoemd, omdat God deze sententie uitspreekt over het volk, dat in het leger was waar Kaleb zich ophield, maar Jozua was bij Mozes en A„ron, bij de tent der samenkomst; daarom wordt hij ook niet gerekend, noch verwezen met het volk, dat in het leger was, [gelijk hij ook uitdrukkelijk genoemd wordt Num. 14:30]. Alzo zijn ook hier Mozes en A„ron uitgenomen, overmits zij met dat volk niet gezondigd hadden, hoewel zij om een andere particuliere oorzaak die hierna verklaard wordt, Num. 20:12, mede buiten het land gestorven zijn.

Nu 14.30 20.12

32) en hij volhard heeft Mij na te volgen,

Hebreeuws, en heeft vervuld achter Mij [te gaan], dat is, heeft Mij gestadiglijk, trouwelijk en met een oprecht hart gehoorzaamheid bewezen. Alzo Deut. 1:36; 1 Kon. 11:6.

De 1.36 1Ki 11.6

‏ Joshua 14:9

17) Toen zwoer Mozes

Zonder twijfel door Gods last en ingeven. Vergelijk den eed Gods, Num. 14:21,24.

Nu 14.21,24

18) Indien niet het land,

Zie Gen. 14:23; en de volkomen reden Joz. 22:22, en 1 Sam. 24:22, en 1 Sam. 25:22.

Ge 14.23 Jos 22.22 1Sa 24.21 25.22

‏ Joshua 14:14

25) Hebron aan Kaleb,

Versta dit niet zozeer van de stad Hebron [want zij was een vrijstad en kwam den Levieten toe] als van het land, de dorpen en vlekken daar rondom gelegen. Zie Joz. 21:11,12; 1 Kron. 6:56.

Jos 21.11,12 1Ch 6.56
Copyright information for DutKant