Numbers 21:25

37) onderhorige plaatsen.

Hebreeuws, dochters; dat is, kleine steden, dorpen en vlekken, die onder Hesbon behoorden, als onder haar moederstad of hoofdstad. Mozes noemt ze onbemuurde steden, Deut. 3:5.

De 3.5

Numbers 21:32

50) Jaezer te verspieden;

De naam ener stad, die eertijds den Moabieten had toebehoord, van welke gesproken wordt Num. 32:1,3,35, en Jer. 48:32.

Nu 32.1,3,35 Jer 48.32

51) onderhorige plaatsen in;

Zie boven, Num. 21:25.

Nu 21.25

Deuteronomy 1:28

50) doen smelten,

Dat is, hebben ons kleinmoedig, bevreesd en versaagd gemaakt; een gelijkenis genomen van was, dat door het vuur of de hitte der zon smelt. Alzo wordt het hart week door vrees van gevaar en ongeluk. Alzo Joz. 2:9,24, en Joz. 5:1; Jer. 49:23, enz.

Jos 2.9,24 5.1 Jer 49.23

51) groter en langer dan wij;

Meerder in getal en sterker in krachten.

52) in den hemel toe;

Dat is, uitnemend sterk en vast; anders, gesterkt [opgaande] tot in den hemel. Zie Gen. 11:4.

Ge 11.4

53) Enakieten gezien.

Dat is, reuzen, alzo genaamd naar een zekeren Enak. Zie Num. 13:22; Richt. 1:10,20.

Nu 13.22 Jud 1.10,20

Deuteronomy 2:36

41) oever der beek Arnon is,

Hebreeuws, aan den lip.

42) hoog was;

Of, of geen stad, die zich tegen ons kon beschermen.

Deuteronomy 33:29

83) het Schild uwer hulp,

Of, uw schild der hulp; dat is, uw helpend schild; gelijk Ps. 2:6 de berg mijner heiligheid; dat is, mijn heilige berg.

Ps 2.6

84) Zwaard is uwer hoogheid;

Die voor u vecht om u te verhogen.

85) geveinsdelijk aan u onderwerpen,

Zullen gedwongen worden zich u te onderwerpen, alhoewel zij het van harte niet zullen menen. Zie 2 Sam. 22:45; Ps. 18:45, en vergelijk Ps. 66:3, en Ps. 81:16.

2Sa 22.45 Ps 18.44 66.3 81.15

86) hun hoogten treden!

Zie boven, Deut. 32:13.

De 32.13
Copyright information for DutKant