Proverbs 12:14

40) Een ieder

Hebreeuws, van de vrucht des mans mond wordt hij met goed verzadigd; dat is, naardat een ieder zijne tong wel gebruikt, zal hij goed van God ontvangen.

41) vrucht

Versta, zijn wijze en godvruchtige redenen. Vergelijk onder Spreuk. 13:2, en Spreuk. 18:20.

Pr 13.2 18.20

42) goed verzadigd;

Dat is, dat het tijdelijke en eeuwige welvaren aangaat.

43) van des mensen

Versta, van zijn eigen handen.

44) zich wederbrengen.

Dat is, weder van God uit genade bekomen. Naar dat een ieder gedaan heeft zal hem ook geschieden.

Copyright information for DutKant