Proverbs 3:25

47) Vrees niet

Het is een bevel, inhoudende ene belofte, gelijk boven Spreuk. 3:3,4; idem, Spreuk. 4:4, en Spreuk. 7:2, en Spreuk. 9:6. Zie Ps. 37:3. Daarom vertalen sommigen deze woorden aldus: Gij zult niet vrezen voor een haastige verschrikking, enz., maar de overzetting, die in den tekst is, komt met het Hebreeuwse woord al beter overeen. De zin is dat de liefhebbers de wijsheid niet zullen behoeven te vrezen voor, enz.

Pr 3.3,4 4.4 7.2 9.6 Ps 37.3

48) voor haastigen schrik,

Hebreeuws, van schrik haastelijk; dat is, die haastig is, of onverwacht komt; alzo onder Spreuk. 15:24, van de hel, of het graf onder, of beneden; dat is dat onder of nederwaarts is.

Pr 15.24

49) verwoesting

Zie Ps. 35:8, en boven Spreuk. 1:27.

Ps 35.8 Pr 1.27

50) der goddelozen,

Dat is, die de goddelozen onder de vromen zoeken aan te richten; of liever: die den goddelozen door Gods rechtvaardig oordeel overkomen zal.

Proverbs 4:13

23) de tucht

Dat is, het onderwijs, leidende tot de wijsheid. Zie boven Spreuk. 1:2.

Pr 1.2

24) laat niet af;

Te weten, van deze vermaning te volgen. Anders: laat [haar] niet gaan; te weten, de wijsheid. Zie de volgende aantekening.

25) bewaar ze,

Te weten, de wijsheid, waarvan in de voorgaande verzen gesproken is en die door de tucht verkregen wordt. Anders: bewaar het, want dat is uw leven.

26) leven.

Versta, het welleven niet alleen van uw lichaam, maar ook van uwe ziel, alzo Spreuk. 4:22. Vergelijk boven Spreuk. 4:4, en de aantekening.

Pr 4.22,4
Copyright information for DutKant