Proverbs 7:22
44) gelijk een dwaas In het Hebreeuws zijn de woorden omgezet, aldus: Gelijk de boeien tot de tuchtiging der dwazen; dat is, gelijk de dwaas tot de kastijding der boeien, te weten, gaat, dat is om met de boeien gekastijd te worden. Anders: gelijk de dwaas met de boeien der tuchtiging. 45) de tuchtiging Het Hebreeuwse woord betekent niet alleen de onderwijzing, die geschiedt met woorden, gelijk boven Spreuk. 1:2 en Spreuk. 16:22, enz., maar ook de kastijding, die geschiedt met dadelijke straf, gelijk onder Spreuk. 22:15, en Spreuk. 23:13; Jer. 30:14; Ezech. 5:15. Pr 1.2 16.22 22.15 23.13 Jer 30.14 Eze 5.15 Proverbs 16:22
57) dergenen, Hebreeuws, zijner meesters, eigenaars, heren, of bezitters; dat is dergenen, die dat hebben of bezitten, en daarmede begaafd zijn en gebruik daarvan hebben; zie Gen. 14:13. Ge 14.13 58) springader Te weten, die geduriglijk verlicht met lering, verkwikt met vertroosting, sterkt met vermaning, enz. zonder in zichzelven verminderd te worden; zie boven Spreuk. 10:11. Pr 10.11 59) tucht Het Hebreeuwse woord musar is ook voor kwade tucht of onderwijzing genomen, Jer. 10:8. Jer 10.8 60) dwaasheid. Te weten, die den dood medebrengt.
Copyright information for
DutKant