Psalms 120:5

8) [in] Mesech,

Dat is, onder een onheilig en goddeloos volk, gelijk de nakomelingen van Mesech en Kedar waren. Zie Gen. 10:2, en Gen. 25:13.

Ge 10.2 25.13

9) Kedars woon.

Kedar is geweest de zoon van Isma‰l, Gen. 25:13, wiens kinderen in het steenachtig Arabi‰ woonden en zich in tenten onthielden; Jes. 21:13,17.

Ge 25.13 Isa 21.13,17
Copyright information for DutKant