Psalms 31:12

16) grotelijks

Hebr. zeer.

17) vlieden

Opdat zij bij mijne wederpartijders niet verdacht mogen worden, alsof zij mijne zaak toegedaan of mijne vrienden waren.

Isaiah 30:14

42) Hij

Te weten de Heere, of de vijand.

43) zal ze verbreken,

Te weten Jeruzalem en de andere steden van Juda, ja ook de gehele natie der Joden, den geestelijken en den wereldlijken stand.

44) gelijk

Hebreeuws, naar de verbreking der fles eens pottenbakkers.

45) in het brijzelen

Dat is, men zal hen geheel verbrijzelen, dat er niets geheels aan blijven zal. Vergelijk Jer. 19:11.

Jer 19.11

46) van haar verbrijzeling

Dat is, uit haar gebroken stukken.

47) gracht.

Of, greb, put, poel.

Jeremiah 22:28

64) Is dan deze man

Dit wordt vragenderwijze, als in des volks naam, voorgesteld, waarop Gods antwoord volgt. Het blijkt dat men veel van hem gehouden heeft vanwege zijne bevalligheid.

65) afgodisch beeld?

Of, beeld, dat veracht is en in stukken behoort geslagen te worden, alzo dat de stukken verstrooid worden. Van het Hebreeuwse woord, betekenende een afgod of afgodisch beeld, zie 1 Sam. 31:9; 2 Sam. 5:21.

1Sa 31.9 2Sa 5.21

66) vat,

Of, waar niets behagelijks in is; vergelijk onder Jer. 48:38; Hos. 8:8.

Jer 48.38 Ho 8.8

67) zijn zaad

Dat is, kinderen, die hij zou mogen krijgen, of gehad heeft, [gelijk enigen besluiten uit Mark. 1:12], hoewel zij hem in het koninkrijk niet zijn opgevolgd, gelijk onder Jer. 22:30 te zien is.

Mr 1.12 Jer 22.30
Copyright information for DutKant