Psalms 85:9-13
13) Ik zal horen Dat is, ik zal naarstiglijk letten op hetgeen God ons getuigt van zijn gunst tot zijne kerk, zowel door zijn woord als door menigerlei werken zijner mogendheid. 14) tot dwaasheid Dat is, tot zonden en overtredingen van Gods heilige wet, waarmede zij den rechtvaardigen toorn Gods op zich gehaald hebben, niet horende of gehoorzamende de vermaningen en onderrichtingen der profeten, gelijk dat betaamt. Zie Ps. 125:3. Ps 125.3 15) opdat in ons Dat is, opdat ons land wederom in den heerlijken en gelukkigen stand gebracht worde, in welken het tevoren geweest is. 16) waarheid Of, trouw. En alzo ook Ps. 85:12. Ps 85.11 17) zullen elkander ontmoeten Of, hebben elkander ontmoet. 18) zullen Met deze en de navolgende spreuken, die ten dele bij gelijkenis gesproken worden, beschrijft de profeet den welstand van het rijk van Christus, op wiens toekomst en hheerlijke weldaden hier gezien wordt. 19) [elkander] Te weten, gelijk vrienden doen, als zij elkander ontmoeten; Exod. 4:27, en Exod. 18:7. Ex 4.27 18.7 20) zal uit de aarde Dat is, zij zal vermeerderd en uitgebreid worden door veler mensen bekering tot God en gehoorzaamheid tot het Evangelie. 21) zal van den hemel Dat is, zij zal den mensen van God gegeven en medegedeeld worden. 22) het goede geven; Versta hier, de goede gift en volmaakte gave, die van boven komt van den Vader der lichten; Jak. 1:17. Jas 1.17 Isaiah 1:27
86) Sion Dat is, de Joden, of de stam van Juda, en bij name die van Jeruzalem, wonende op en omtrent den berg Zion. 87) door recht Dat is, door de gerechtigheid Gods; dewijl het recht is bij God, verdrukking te vergelden dengenen, die anderen verdrukken; zie 2 Thess. 1:6. 2Th 1.6 88) verlost Te weten uit de Babylonische gevangenschap, of van de bovenverhaalde straffen; versta dit wijders van de geestelijke verlossing door Christus, die ook door Gods gerechtigheid geschied is. 89) wederkerenden Of, bekeerde; te weten tot God, of wederkerende; te weten uit de Babylonische gevangenschap. 90) gerechtigheid. Versta hier de gerechtigheid Gods, dat is, zijne waarheid en trouw, dewijl Hij zulks om Christus' wil beloofd heeft, en derhalve billijk is dat Hij het doe. Isaiah 45:8
23) gij hemelen! Wat God hier den hemel en de aarde beveelt, dat belooft Hij tegelijk zijn volk te geven [eigenlijk te spreken, verstaan de aarde en hemel niet wat God hun beveelt]. God belooft zijn volk dat Hij hen met de vreugde der verlossing uit Babyloni overvloediglijk zegenen en verzadigen zou. 24) van gerechtigheid; De verlossing uit de Babylonische gevangenschap is een werk der gerechtigheid Gods, zo ten aanzien zijner beloften als ten aanzien dat het billijk is, dat het volk Gods verkwikking, de Babylonirs straf ontvangen; en versta hierbij, de geestelijke verlossing door Christus. En alzo meermalen in het volgende. 25) heil uitwasse, Dat is, verlossing van mijn volk. 26) te zamen Anders: en dat zij, te weten de wolken, heil voortbrengen en zij haar, te weten de aarde, doe uitspruiten met elkander. 27) heb ze geschapen. Of, heb hem, te weten Cores, geschapen; dat is, daartoe geordineerd, te weten om mijn volk uit de gevangenschap te verlossen; of heb het geschapen. Isaiah 45:23-25
76) der gerechtigheid Of, [in] gerechtigheid; dat is in trouw en geloof; dat is, een woord, dat zeker, vast en onfeilbaar is. 77) het zal niet wederkeren: Dat is, het zal niet wederroepen worden. 78) Mij Dat is, tot mijne eer; Rom. 14:11; Filipp. 2:10. Ro 14.11 Php 2.10 79) alle knie De zin is: Alle volken en natin zullen door den Messias tot de ware kennis Gods beroepen en velen daartoe gebracht worden. 80) alle tong Dat is, alle natin zullen mij kennen en belijden, dat is, God eren en belijden, als men in het gericht oprecht bij zijnen naam zweert. 81) Men zal Te weten een iegelijk der gelovigen; of aldus: Gewisselijk, in den Heere [zal men zeggen], heb ik gerechtigheid en sterkte. 82) in den HEERE Dat is, de Heere heeft deze goederen in zichzelven, en Hij geeft ze zijnen uitverkorenen. 83) gerechtigheden Of, alle, of volkomen gerechtigheid. 84) sterkte; Te weten om zijne kerk te bewaren en in de gerechtigheid te behouden. 85) tot Hem zal men komen; Of voor Hem; te weten voor zijnen rechterstoel, om te ontvangen loon naar werken; Rom. 14:10,11,12. Ro 14.10,11,12 86) zij zullen beschaamd worden Te weten alle goddelozen, die tegen Hem murmureren en met toorn ontstoken zijn, of ontstoken worden, of die tegen Hem opstaan. 87) in den HEERE Te weten door den Heere Christus, die onze gerechtigheid is voor God. 88) het ganse zaad Al de kinderen Israls, te weten, de geestelijke kinderen Israls, dat is, de gelovigen uit de Joden en heidenen. Zie boven Jes. 44:5. Isa 44.5 Jeremiah 23:6
12) Zijn dagen Des Heeren Christus; dat is, in den tijd van het Nieuwe Testament. Zie Hand. 3:24. Ac 3.24 13) Juda Versta door Juda en Isral Gods kerk, ook Jeruzalem genoemd, onder Jer. 33:16, en Jezus Christus' volk; Matth. 1:21. Jer 33.16 Mt 1.21 14) zeker wonen; Gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, en dienvolgens vrede hebbende met God door onzen Heere Jezus Christus, enz., Rom. 5:1. Ro 5.1 15) men Hem zal noemen: Hebreeuws, Hij zal, enz.; dat is, men zal Hem noemen, of Hij zal genoemd worden, [gelijk elders dikwijls] te weten van zijn volk, gelijk het volgende woord, onze, verklaart. 16) De HEERE: ONZE GERECHTIGHEID. Vergelijk Deut. 6:25; Richt. 6:24, en wijders 1 Cor. 1:30; Dan. 9:24; idem onder Jer. 33:16. Hebreeuws, Jehova Tzidkenu; hetwelk van sommige overzetters als een eigen naam alzo in den tekst gesteld wordt. De 6.25 Jud 6.24 1Co 1.30 Da 9.24 Jer 33.16 Jeremiah 33:14-15
35) goede woord Dat is, genadige en zegenrijke belofte van Christus, in welken alle beloften ja en amen zijn; 2 Cor. 1:20. 2Co 1.20 36) verwekken zal, Of, bevestigen, daarstellen; dat is, houden, gelijk wij spreken. 37) tot het huis van Isral Of, over, van. 38) SPRUIT der gerechtigheid Zie boven Jer. 23:5. Jer 23.5 39) recht en gerechtigheid doen op aarde. Gelijk een koning; zie boven Jer. 23:5. Jer 23.5
Copyright information for
DutKant