‏ Revelation of John 20:14

41) de dood en de hel

Dit wordt •f van den duivel verstaan, die de macht des doods had, Hebr. 2:14, •f onder een oneigenlijke wijze van spreken, voor al hetgeen dat enigszins bedroefd, of pijnlijk is; hetwelk uit de gehele wereld zal geweerd, en na dien tijd nergens dan in den eeuwigen poel des vuurs zal worden gevonden.

Heb 2.14

42) de tweede dood.

Dat is, de eeuwige dood, zo genaamd, omdat Hij op den dood der zonde, wanneer de mensen zich daarvan niet bekeren, noodwendig volgt.

‏ Revelation of John 21:8

19) den vreesachtigen,

Deze worden hier gesteld tegen degenen waarvan in Openb. 21:7 is gezegd, dat zij overwinnen, namelijk kloekmoedig en standvastig alle zwarigheden, die hun om de belijdenis van het Evangelie overkomen; zie Rom. 8:37. Deze vreesachtigen dan zijn die in den tijd der vervolging en verdrukking uit vrees afwijken; Matth. 13:21.

Re 21.7 Ro 8.37 Mt 13.21

20) tovenaars,

Of venijngevers.

21) de tweede dood.

Zie Openb. 20:14.

Re 20.14
Copyright information for DutKant