Romans 1:7
19) Gods, Of, van God; 1 Joh. 4:10,19. 1Jo 4.10,19 20) genade zij u, Onder deze twee woorden wordt, naar de wijze van spreken der Hebren, begrepen alle geestelijke en lichamelijke welstand; en wordt door het woord genade verstaan de oorsprong of fontein van alle weldaden Gods over ons, en door het woord vrede de vruchten en het gevoelen van dien. Zie Ps. 63:4; Joh. 16:33; Rom. 5:1; Filipp. 4:7. Ps 63.3 Joh 16.33 Ro 5.1 Php 4.7 Revelation of John 17:18
46) de grote stad, Zie de verklaring hiervan in de aantekeningen Openb. 17:3. Re 17.3
Copyright information for
DutKant