‏ Romans 10:2

2) een ijver tot God hebben,

Grieks, ijver Gods; dat is een vurige begeerte hebben om de wet Gods en den godsdienst, door Mozes ingesteld, voor te staan; en tegen te staan degenen, welke die schenen te willen veranderen.

3) niet met verstand.

Grieks, niet naar kennis; dat is, niet met rechte kennis, waartoe de wet en de godsdienst in het Oude Testament was ingesteld, gelijk Rom. 10:3 ook medebrengt.

Ro 10.3

‏ Philippians 3:5-6

16) Besneden ten

Grieks achtdaagse besnijdenis.

17) naar de wet

Dat is, ten aanzien van het verstand der wet; of, uit die drie secten, die onder het Joodse volk waren, Sadduce‰n, Esse‰n en Farize‰n, was ik toegedaan de secte der Farize‰n, die de allerbescheidenste wordt gehouden, Hand. 26:5.

Ac 26.5
18) Naar den ijver

Namelijk voor de onderhouding van de ceremoni‰n der wet; waarin de valse apostelen ook zeer, doch verkeerdelijk, ijverden.

19) der Gemeente;

Namelijk der Christenen, die hunne zaligheid niet zochten in de werken der wet, maar in Christus alleen.

20) die in de wet is,

Dat is, die de wet uiterlijk van de mensen eist.

21) zijnde onberispelijk.

Namelijk alzo dat de mensen mij niet konden bestraffen over enige moedwillige overtreding der wet, dewijl mijn uiterlijke werken aan de wet Gods gelijkvormig waren. Waardoor hij verklaart nochtans niet gerechtvaardigd te zijn.

‏ 1 Timothy 1:13

33) een verdrukker;

Of, een smader.

34) ontwetende gedaan

Namelijk van de Goddelijkheid en waarheid des Evangelies, gelijk Hand. 3:17; waarmede hij zich niet verontschuldigt, alsof hij daarover voor God niet strafbaar ware geweest, want het tegendeel betuigt hij van zichzelven hierna, 1 Tim. 1:15,16, gelijk in het algemeen 2 Thess. 1:8; maar geeft hiermede te kennen, dat zijne zonde gene zonde tegen den Heiligen Geest was geweest, uit moedwilligheid en haat tegen de bekende waarheid geschied, en derhalve door de genade en verdienste van Christus vergeeflijk.

Ac 3.17 1Ti 1.15,16 2Th 1.8
Copyright information for DutKant