‏ 1 Peter 2:1

Geestelijke groei

1Pt 2:1. Het eerste vers sluit aan op het voorgaande gedeelte. Dat blijkt wel uit de beginwoorden “legt dan af”. Die woorden klinken als een logisch gevolg van wat eerder is gezegd. Wat moet worden afgelegd, zijn allemaal uitingen van het vlees, het eigen ik, waardoor anderen naar beneden worden gehaald ten gunste van jezelf. ‘Afleggen’ wil zeggen direct en radicaal mee breken en het geen kans meer geven zich te laten gelden.

Als Petrus oproept om die dingen af te leggen, houdt dat in dat ze onder de lezers van zijn brief voorkomen en dat ze ook onder ons kunnen voorkomen. Daarom geldt zijn vermaning ook voor jou en mij. Of herken je niet dat je je nog wel eens zo kunt gedragen?

Het gaat ook niet om af en toe eens een uiting in een bepaald geval – ook dat is niet goed natuurlijk –, maar om “alle boosheid” en “alle bedrog” en “alle kwaadsprekerijen”.

1. Hoe gemakkelijk voelen we “boosheid” in ons opkomen om allerlei redenen.

2. Hoe gemakkelijk maken we gebruik van “bedrog”.

3. We kunnen anderen gemakkelijk bedriegen in allerlei situaties en ons beter voordoen en maken ons schuldig aan “huichelarijen”.

4. Ook “afgunst” herkennen we. We misgunnen soms anderen uit jaloersheid allerlei dingen die zij bezitten en wij niet en die wij zelf ook willen hebben.

5. En laten we de “kwaadsprekerijen” niet vergeten. Hoe gemakkelijk maken we ons daaraan schuldig in allerlei gesprekken.

Neem er innerlijk afstand van, laat je er niet toe verleiden en veroordeel het direct als je een van de dingen die Petrus noemt, bij je voelt opkomen.

1Pt 2:2. Behalve dat het dingen zijn die de verhoudingen onder gelovigen ernstig schaden, zijn het ook grote verhinderingen voor geestelijke groei. Daarover spreekt Petrus vervolgens. Als je bent wedergeboren, heb je nieuw leven. Dat leven verlangt naar voedsel, net zoals een pasgeboren kind daarnaar verlangt. Je hoeft een baby niet aan te sporen om te drinken. Hij geeft dat zelf wel aan. Het voedsel van een gelovige is de “redelijke onvervalste melk” van het Woord van God.

Een gezonde geestelijke groei is belangrijk. Net als in het natuurlijke leven hangt ook in het geestelijke leven de gezondheid af van het soort voedsel dat je tot je neemt. Je moet afleggen alles wat de broederliefde torpedeert, wat de groei hindert. Dat is 1Pt 2:1. In plaats daarvan moet je het goede Woord indrinken, zoals een baby aan de moederborst dat doet omdat hij aanvoelt dat daar het leven is dat nodig is om te groeien. Dat is 1Pt 2:2.

Het gaat hier niet om het beginstadium van de geestelijke groei, om iemand die pas tot bekering is gekomen. Het is hier geen fase in de geestelijke groei (vgl. Hb 5:12), maar het gaat om een kenmerk dat geldt zowel voor baby’s in het geloof als voor geestelijk gerijpte gelovigen. Voor iedere gelovige geldt dat er geestelijke ondervoeding ontstaat als er geen honger is en er niet wordt gegeten. Als een gelovige geen honger heeft naar het Woord, klopt er iets niet. Een geestelijk gezonde christen heeft voortdurend honger naar de melk van Gods Woord. Door je te voeden met Gods Woord groei je op tot behoudenis, dat wil zeggen tot de volle redding.

Gods Woord heeft reddende kracht, niet alleen voor de toekomst, maar ook voor de weg erheen. Er zijn drie aspecten aan behoudenis. Het eerste is dat je behouden bent voor de eeuwigheid. Het tweede is dat je behouden zult zijn als je bij de Heer bent. Het derde is dat je onderweg behouden wordt in allerlei gevaarlijke situaties door je aan het Woord te houden.

Als je jezelf met lichte of zelfs dwaze lectuur volpropt, zul je geestelijk niet groeien of ontstaat er scheefgroei. Gemakkelijk leesbare, goedkope romannetjes met een vleugje evangelie beschermen je niet tegen de aanvallen van de duivel die erop uit is je tot zonde te brengen. Als je zulke lectuur leest als een soort geestelijk snoepgoed, word je geestelijk ziek. Nog schadelijker is het als je lectuur tot je neemt waarin vergif zit, want dan is de afloop dodelijk. Van je getuigenis als christen blijft dan niets over dan een lijk.

Ik las eens een bericht op internet op christelijke informatiesite dat ik tot slot van dit stukje graag met je deel. Het heeft alles te maken met het je eigen maken van Gods Woord. Het bericht luidt als volgt:

‘Hoe draag je kennis op de juiste manier over? … de Franse schrijver en oud-leraar Daniel Pennac … betoogt: Het onderwijs heeft traagheid nodig en een herwaardering van werk als activiteit van de geest, van de lange duur. Alleen door traagheid kan je je iets eigen maken. … (Trouw, 15-12-08)

Volgens Pennac bewijs je leerlingen een grote dienst wanneer je ze een ‘mentale bibliotheek’ helpt ontwikkelen. Zijn eigen klassen kreeg Pennac zover dat ze bloedfanatiek teksten uit het hoofd gingen leren. ‘Een mentale bibliotheek, dat is toch een geweldig bezit! Dat je een stuk Kafka of Márques altijd bij de hand hebt. Niet iets uit het hoofd leren om het weer te vergeten, nee, helemaal doordringen in de tekst, stap voor stap. En zodra je een zin begrepen hebt, herhalen, herhalen. Als iemand die echt weet waar hij het over heeft. Daarna moet je het natuurlijk oefenen, blijven herhalen, maar zonder begrip gaat het niet.’

Onbewust stelt Pennac christenen voor een grote uitdaging. … De Bijbel zit vaak in flarden in ons hoofd. … Zou het geen enorme schat zijn als je complete hoofdstukken of zelfs complete boeken uit de Bijbel in je mentale bibliotheek hebt zitten? Dat je door de tekst heen dringt, stap voor stap. En zodra je een zin begrepen hebt, herhalen, herhalen. …’

Lees nog eens 1 Petrus 2:1-2.

Verwerking: Wat doe jij voor je geestelijke groei?

Copyright information for DutKingComments