Nehemiah 12:43
Grote blijdschap
De omgang over de muur, het voor God in bezit nemen van de stad onder dankzegging om die toe te wijden aan Hem, mondt uit in grote vreugde. Dit is het gevolg als Zijn volk voor Hem wandelt in heiligheid en waarheid. In overeenstemming met de “grote mate” van blijdschap worden “grote offers” gebracht. Daarmee wordt God geëerd en bewonderd. Hij krijgt alle dank en aanbidding voor wat Hij Zijn volk heeft gegeven. De offers spreken van de Heer Jezus. Er staat niet bij wat voor soort offers het zijn. Het meest waarschijnlijk is dat het dank- of vredeoffers zijn. Van die offers krijgt God Zijn deel, en daarvan krijgen ook de priester en het volk hun deel (Lv 3:11; Lv 7:19; 31). Het dank-of vredeoffer is een offer dat de gemeenschap tussen God, de Heer Jezus en Zijn volk tot uiting brengt. Door het offer van de Heer Jezus is dat mogelijk geworden. Het is een ‘groot’ offer. Voor ons wil dat zeggen dat we een grote indruk hebben van het werk van de Heer Jezus en dat aan God en aan elkaar vertellen. De gemeenschap die we met elkaar mogen hebben, wordt op bijzondere wijze beleefd aan de tafel van de Heer. Daar denken we aan Zijn werk en gedenken we Zijn dood. Enerzijds stemt het ons droevig dat wij door onze zonden de oorzaak zijn van Zijn dood. Anderzijds denken we er met blijdschap aan dat Hij het heeft gedaan, waardoor er gemeenschap met Hem en God en met elkaar mogelijk is geworden. Daarom is er bij het avondmaal sprake van “de drinkbeker der zegening” of “de drinkbeker der lofzegging” (1Ko 10:14-18). Bij de viering van het avondmaal zullen we ons verheugen naar de mate dat we in de week ‘op de muur hebben gewandeld’. Liefst vier keer lezen we in dit vers over “verblijd” en “blijdschap”. Deze vreugde komt van God. Hij is de bron ervan. Het is een grote vreugde, niet alleen voor mannen, maar ook voor vrouwen en kinderen. De toegevoegde waarde van deze blijdschap is dat deze een getuigenis is voor de wijde omgeving (vgl. Ea 3:13). Allen die niet meegegaan zijn, delen zo toch in de vreugde. Het is ermee als met de zalving van de Heer Jezus door Maria, waardoor het huis “met de geur van de balsem” wordt vervuld (Jh 12:3), zodat ieder die er aanwezig is, de geur van de balsem ruikt die voor de Heer Jezus bestemd is.
Copyright information for
DutKingComments