1 Samuel 20:27
Saul tracht Jonathan te doden
David verbergt zich in het veld, in afwachting van de boodschap die Jonathan zal brengen. Als het nieuwe maan is, gaat Saul op zijn gebruikelijke plaats zitten, bij de wand. Dit is een tactische plaats, want zo kan hij niet in de rug aangevallen worden. Misschien zegt het iets van zijn wantrouwen in hen die hem omringen. Iemand die jaloers is, vertrouwt niemand. Het innemen van de plaatsen wordt levendig beschreven. Als Saul gaat zitten, staat Jonathan uit eerbied op. Abner, de legeroverste van Saul, zit naast Saul. Saul heeft alleen aandacht voor de plaats van David die leeg blijft. We horen wat hij daarvan denkt. Het typeert Saul. Hij kan niet anders dan in termen van rein en onrein denken. Hij is als de farizeeër die alleen op het uiterlijk let. Tegelijk zegt het ook iets van David. Saul kent hem als iemand die nauwgezet de wet in acht neemt en liever wegblijft van een heilig feest dan er in onreinheid aan deel te nemen. Bij christenen zien we vaak het omgekeerde. Ze blijven enerzijds gemakkelijk weg uit de eigen samenkomsten (Hb 10:25) en nemen anderzijds lichtvaardig deel aan het heilig avondmaal (1Ko 11:27-30). Op de tweede dag wil Saul weten waarom David niet gekomen is en vraagt ernaar. Hij stelt zijn vraag niet in het algemeen, maar doelgericht aan Davids vriend, zijn zoon Jonathan. Hij is ervan overtuigd dat Jonathan wel weet waar David is. Als Jonathan de afgesproken verklaring geeft, ontsteekt Saul in woede over Jonathan. Hij stort zijn hele gramschap over hem uit. Hierdoor ervaart Jonathan wat het betekent om een vriend van David te zijn. Het is niet mogelijk aan de kant van David te staan zonder de toorn van Saul over zich heen te krijgen. Zo vergaat het ook de christen die duidelijk voor Christus kiest.Saul wijst Jonathan erop dat hij met zijn eigen positie speelt. Hij zal nooit koning kunnen zijn zolang David leeft. Dan geeft hij Jonathan de opdracht David te halen om hem te doden. Jonathan neemt het weer voor David op en vraagt zijn vader welke aanleiding er is om David te doden. Dan komt het duidelijke bewijs van de haat van zijn vader tegen David. Saul werpt zijn speer naar zijn eigen zoon om hem te doden. Hier deelt Jonathan in het lot van David, die ook zo door Saul wordt gehaat, dat hij hem wil doden. De speer die meerdere keren naar David is geworpen, wordt nu naar diens vriend geworpen, al is het zijn eigen zoon. Op dezelfde wijze brengt een keus voor de Heer Jezus scheiding in families. Familieleden leveren een familielid over in handen van vijanden (Lk 21:16-17).
Copyright information for
DutKingComments