2 Samuel 11:12

David en Uria

Als de slechte daad niet wordt geoordeeld, komt uit het kwaad een volgend kwaad voort. David realiseert zich dat hij maatregelen moet nemen voordat aan het licht komt dat hij overspel heeft gepleegd en hij gedood moet worden. Nu wordt hij een moordenaar om dit lot te ontlopen. Hij verzint een sluw plan.

Nu David het pad van de zonde heeft gekozen, kan hij twee dingen doen. Hij kan erkennen dat hij verkeerd bezig is geweest en God om genade smeken. Hij kan ook doorgaan op de weg van de zonde en proberen de gevolgen uit te wissen. Hij kiest voor het laatste.

David is er nog niet op uit om Uria te vermoorden. Eerst probeert hij op slinkse wijze Uria bij zijn vrouw te krijgen. Hij laat hem bij zich komen. Huichelachtig informeert hij naar Joab, de manschappen en hoe het met de oorlog gaat. Hij doet alsof hij zorg heeft voor zijn mannen en de strijd waarin ze verwikkeld zijn. Uria doet er verslag van.

Na het verslag geeft David Uria verlof om naar huis te gaan en bij zijn vrouw te zijn. Hij manipuleert hem om dat doel te bereiken. Uria zal dan ongetwijfeld ook gemeenschap met haar hebben. Daardoor zal het lijken alsof het kind dat geboren wordt van Uria is. Het overspel van de koning zou dan verborgen zijn gebleven. Wat maakt hij hier een misbruik van zijn koninklijke macht! Hij heeft echter geen rekening gehouden met de trouw van Uria.

Als David Uria bij zich laat komen en vraagt waarom hij niet naar huis is gegaan, spreekt Uria geloofstaal, de taal van een trouwe en toegewijde gelovige. Hij kan zijn gemak er niet van nemen, zoals David dat heeft gedaan, waardoor deze tot zijn zonde is gekomen. Door de woorden van Uria (2Sm 11:11) wordt David op zijn eigen plicht gewezen. God laat Uria die dingen zeggen om tot het geweten van David te spreken. Het is een indrukwekkend betoog van toewijding, waardoor tegelijk haarscherp Davids ontrouw aan de kaak wordt gesteld. We zien in dit betoog de liefde van God die op indringende wijze tot het geweten van David spreekt. David is er echter doof voor, want hij heeft zijn geweten het zwijgen opgelegd.

Zoals David niet is af te brengen van de weg van zonde, zo is Uria niet af te brengen van de weg van toewijding. Zelfs het geschenk dat David hem laat bezorgen, brengt Uria niet af van de weg van trouw aan zijn plicht. David doet nog een poging om Uria bij zijn vrouw te krijgen (2Sm 11:12). Hij probeert het met een nieuwe list. Hij nodigt Uria uit bij hem te komen eten en drinken. Wat bij Mefiboseth een bewijs van genade is (2Sm 9:13), is bij Uria een list. David gebruikt zijn uitnodiging alleen maar om Uria dronken te voeren, in de hoop dat hij dan naar zijn vrouw zou gaan en gemeenschap met haar zou hebben (vgl. Hk 2:15-16).

Het lukt David echter niet om Uria tot zijn vrouw Bathseba te laten gaan om daardoor zijn vreselijke zonde te bedekken. Uria is op geen enkele manier te bewegen om zijn plicht te verzaken. De plichtsgetrouwheid van Uria breekt David op. David krijgt het steeds benauwder en hij wordt ook steeds gemener. Hij is niet meer tegen te houden en holt op de weg van de zonde voort naar een volgende zonde.

Copyright information for DutKingComments