Ecclesiastes 1:9-11
Er is niets nieuws onder de zon
“Wat er geweest is”, zijn de omstandigheden (Pr 1:9). Altijd bevindt een mens zich in bepaalde, door God gegeven en bestuurde omstandigheden (Gn 8:22) die zijn leven in grote mate bepalen. “Wat er plaatsvindt”, zijn de menselijke inspanningen. Altijd zal de mens proberen de meest gunstige omstandigheden voor zijn leven te creëren. Zo is hij altijd in en met zijn leven bezig geweest en zo zal hij altijd bezig zijn. Wat hij uitvindt om het leven aangenamer te maken, is slechts een voortbouwen op wat al uitgevonden is (Gn 4:20-22). Er is eenvoudigweg “niets nieuws onder de zon”. Ga God bij alles betrekken en alles krijgt zijn betekenis. Alles blijft onderworpen aan de wetten die God in de schepping heeft gelegd. Deze wetmatigheden kunnen door niets worden doorbroken. Daarom kan er nooit iets werkelijk nieuws komen, alleen variaties op wat er altijd is geweest en zal zijn. Hoewel er onophoudelijk verandering is, is er niets dat echt nieuw is (Pr 1:10). Alles is een herhaling van wat ervoor is geweest en wat ook weer spoedig voorbij is, terwijl het hart leeg en hongerig blijft. Een nieuwe ontdekking of uitvinding verandert niets wezenlijks aan de mens of aan de schepping. Het maakt hem niet gelukkiger of tevredener. We komen er ook achter dat de vooruitgang die is geboekt, ook onvoorziene nadelen heeft. Ook daarvoor moet weer iets bedacht worden. Alle streven naar iets nieuws bewijst tegelijk de leegheid van de mens. De mens droomt ervan om ‘Utopia’, de ideale samenleving, te verwezenlijken. Hoewel die droom keer op keer uiteenspat, blijft de mens er toch in geloven omdat hij er blind voor is dat hij geen werkelijke vooruitgang heeft geboekt. Er zijn wel nieuwe dingen, maar die behoren tot een andere wereld, de wereld boven de zon. Zo is daar de nieuwe geboorte, ofwel de geboorte van boven (Jh 3:5). En wie zich heeft bekeerd, is “een nieuwe schepping” (2Ko 5:17). Er zal “een nieuw lied” worden gezongen (Op 5:9; Op 14:3) en ook zullen er “een nieuwe hemel en een nieuwe aarde” zijn (Op 21:1). Dat komt allemaal van Hem Die in Zichzelf onveranderlijk is, maar vanuit Zichzelf steeds weer nieuwe dingen maakt. Hij zal alles nieuw maken en een situatie creëren die er nog nooit is geweest en die nooit meer zal eindigen (Op 21:5).Als wij van iets zeggen dat het nieuw is, ligt dat daaraan dat we ons “de vroegere dingen” niet herinneren (Pr 1:11). De oude Grieken zeiden het al: ‘Alle leren is alleen herinneren’ (mathesis is anamnesis). Iemand kan ‘eeuwige roem’ verwerven door een bepaalde prestatie, maar die ‘eeuwige roem’ is van geen enkel nut voor hem die de prestatie heeft geleverd. Zijn prestatie overleeft hem, maar wat heeft hij er zelf aan dat anderen hem na zijn dood in herinnering houden? Kan dat hem enige verkoeling geven als hij in de plaats van de pijniging is? Kunnen allen naar wie straten of steden genoemd zijn (Ps 49:12-13), in de hel daaruit nog enige troost putten? Al zou iemand er daar iets van weten, welke genoegdoening zou dat bieden in die wereld waar met een andere maat wordt gemeten?Toekomstige generaties maken dezelfde fout die alle voorgaande generaties hebben gemaakt, namelijk dat zij niets leren van de vroegere dingen, van het verleden. Ze herinneren zich de lessen niet die de geschiedenis leert. Men vergeet gewoon dat alle technologische vooruitgang geen vooruitgang of verbetering van de menselijke natuur betekent.
Copyright information for
DutKingComments