‏ Jeremiah 24:2-3

Inleiding

We hebben in dit hoofdstuk een verklaring van de beide wegen die in Jeremia 21 zijn voorgesteld: de weg naar het leven en de weg naar de dood (Jr 21:8-9). De verklaring wordt voorgesteld in het beeld van twee manden met vijgen: een mand met zeer goede vijgen en een mand met zeer slechte vijgen. Men mag elke zegen van God verwachten als men zich eerst vernedert. We moeten eerst erkennen dat we het oordeel verdienen, dan krijgen we de zegen. De Rechter Die veroordeelt, wordt dan de Gever van zegen.

Het visioen van de manden met vijgen

De HEERE vestigt de aandacht van Jeremia op twee manden met vijgen die voor de tempel van de HEERE zijn neergezet (Jr 24:1). Dat ze voor de tempel worden neergezet, maakt dat deze manden herinneren aan de mand van de eerstelingen. Die mand wordt door de priester voor het altaar neergezet (Dt 26:1-4). Daarvan is hier geen sprake.

Het is de tijd dat de eerste wegvoering heeft plaatsgevonden (2Kn 24:8-16; 2Kr 36:9-10). Nebukadnezar heeft de leiders weggevoerd, zodat het volk zonder leiding is. Hij heeft ook de ambachtslieden en de smeden uit Jeruzalem weggevoerd en naar Babel gebracht, zodat het volk ook geen mensen heeft die hen van verdedigingsmiddelen en wapens kunnen voorzien.

De inhoud van beide manden met vijgen wordt ons meegedeeld. In de ene mand zitten “zeer goede vijgen” (Jr 24:2). Deze goede vijgen zijn “zoals de eerste vroege vijgen”, dat zijn vijgen die als eerstelingen aan de HEERE moeten worden geofferd (Dt 14:22). Ze zijn goed om te eten (Js 28:4b; Hs 9:10). De HEERE zegt daarvan: “Mijn ziel verlangt [naar] vroege vijgen” (Mi 7:1c). In de andere mand zitten zeer slechte vijgen, die zo slecht zijn, dat ze niet te eten zijn. De slechte kwaliteit wordt nadrukkelijk vermeld.

Dan stelt de HEERE Jeremia de vraag wat hij ziet (Jr 24:3; vgl. Jr 1:11; 13). Jeremia moet goed weergeven wat hij ziet, opdat de HEERE hem ook de betekenis duidelijk kan maken. Zijn antwoord is dat hij vijgen ziet en ook dat er een groot verschil is tussen de vijgen. Hij beschrijft ze precies zoals ze in het vorige vers beschreven zijn. Daaruit blijkt dat hij ze ziet zoals de HEERE ze ziet.

Copyright information for DutKingComments