‏ Numbers 32:8-13

De verontwaardiging van Mozes

Mozes wijst op de gevaren van hun wens. Hij wijst op de negatieve invloed die hun wens kan hebben op de rest van het volk. Mozes ziet weer een weigerachtig volk dat het land niet wil ingaan. Het herinnert hem eraan aan wat veertig jaar geleden is gebeurd en dat stelt hij de twee stammen voor. Toen wilde ook het hele volk het land niet ingaan omdat een aantal verspieders een verkeerde voorstelling van zaken gaf (Nm 13:27-33; Nm 14:1-4). Die verkeerde voorstelling van zaken geven de twee stammen ook, door aan te geven dat zij geen prijs stellen op het beloofde land.

Mozes is niet vleiend over hun voorgeslacht. Hij noemt hen “een menigte van zondige mensen” (Nm 32:14). Hij spreekt uit de volheid van zijn hart zijn verontwaardiging uit over de onwil van het volk destijds om het land binnen te gaan. Nu komen de kinderen van die ‘zondige mensen’ en die geven ook te kennen dat zij het land niet willen binnengaan. Hij is bang dat bij deze mannen, deze nieuwe generatie, eenzelfde onwil aanwezig is.

Copyright information for DutKingComments