1 Samuel 8:7-8

7Doch de Heere zeide tot Samuël: Hoor naar de stem des volks in alles, wat zij tot u zeggen zullen; want zij hebben u niet verworpen, maar zij hebben Mij verworpen, dat Ik geen Koning over hen zal zijn.
 Hoor naar de stem des volks Dit heeft de Heere in toorn gezegd, gelijk Hosea betuigt, Hos 13:11.
,
 u niet verworpen, Dat is, u niet alleen; want zij hebben Samuël ook verworpen, gelijk ook te zien is vs.8. Zie gelijke manier van spreken Gen 32:28.
,
 Mij verworpen, Eensdeels, omdat zij mij niet langer voor hun enigen koning hebben willen kennen, maar een anderen onder of nevens mij hebben. Zie onder, 1Sa 12:12, 1Sa 12:19. Anderdeels, omdat zij dat aan mijn goddelijke voorzienigheid niet hebben aanbevelen, welke vorm van regering hen best diende.
,
 dat Ik geen Koning over hen zal zijn Hebreeuws, van over hen te regeren.
8Naar de werken, die zij gedaan hebben, van dien dag af, toen Ik hen uit Egypte geleid heb, tot op dezen dag toe, en hebben Mij verlaten en andere goden gediend; alzo doen zij u ook.
Copyright information for DutSVVA