2 Kings 14:26

26Want de Heere zag, dat de ellende van Israël zeer bitter was, en dat er geen opgeslotenen noch verlatenen waren, en dat Israël geen helper had.
 bitter was, Of, wederspannig; dat is, zeer hard en zwaar, welke wederspannigheid sommigen ook duiden op Israël, als die zeer wederspannig geweest was, en daarom gestraft.
,
 opgeslotenen Zie van deze manier van spreken Deu 32:36; idem 1Ki 14:10; en 1Ki 21:21.
Copyright information for DutSVVA