2 Kings 23:4-5

4En de koning gebood den hogepriester Hilkia, en den priesteren der tweede ordening, en den dorpelbewaarders, dat zij uit den tempel des Heeren alle gereedschap, dat voor Baäl, en voor het beeld van het bos, en voor al het heir des hemels gemaakt was, uitbrengen zouden; en hij verbrandde dat buiten Jeruzalem in de velden van Kidron, en liet het stof daarvan naar Beth-el dragen.
 tweede ordening, Deze priesters zijn onder den overpriester de voornaamste geweest.
,
 dorpelbewaarders, Te weten, van den tempel des Heeren. Alzo boven, 2Ki 22:4. Zie de aantekening.
,
 Kidron, Zie 1Ki 2:37.
,
 Beth-el dragen Een der steden, waar Jerobeam een gouden kalf had opgericht, 1Ki 12:29, en daardoor een poel van afgoderij; uit welke oorzaak zij Bethaven, dat is, een huis der boosheid, genoemd wordt, Hos 4:15, en Hos 10:5, en hier van Josia smadelijk onteerd wordt met de as der verbrande afgodische vaten daar uit te werpen.
5Daartoe schafte hij de Chemarim af, die de koningen van Juda gesteld hadden, opdat men roken zou op de hoogten, in de steden van Juda, en rondom Jeruzalem, mitsgaders, die voor Baäl, de zon, en de maan, en de andere planeten, en al het heir des hemels rookten.
 Chemárim af, Een soort der afgodische priesters van Baäl; van welken zie ook Hos 10:5, en Zep 1:4. De naam chemarim komt van een woord, betekenende warm zijn, branden; idem, zwart worden; ook tezamen getrokken, gerimpeld en ingerold, hetwelk door den brand veroorzaakt wordt; vanwaar ook is bij de Chaldeën de betekenis van insluiten. Hieruit is het gevoelen der geleerden van deze benaming verscheiden. Velen menen dat deze Baäls-papen zo geheten werden, omdat hun orde was zwarte kleding te dragen; enigen omdat zij zwart en berookt uitzagen, vermits zij altijd met roken en offeren bezig waren; anderen, omdat zij zich in hun afgodendienst gelieten zeer vurig en brandend van ijver te wezen. Sommigen omdat zij zich uit een schijn der heiligheid opsloten, om zich van de wereld af te zonderen en alleen te leven, enz.
Copyright information for DutSVVA