Ezekiel 24:3-4

3En gebruik een gelijkenis tot dat wederspannig huis, en zeg tot hen: Alzo zegt de Heere Heere: Zet een pot toe, zet hem toe, en giet ook water daarin.
 gebruik een gelijkenis Hebreeuws alsof men zeide: parabel een parabel. Zie boven Eze 17:2 .
,
 pot toe, Betekenende de belegerde stad Jeruzalem, gelijk vs.6. Zie Jer 1:13 , en boven Eze 11:3 met de aantekening.
4Doe zijn stukken te zamen daarin, alle goede stukken, de dij en den schouder, vul hem met de keur der beenderen.
 zijn Namelijk van den pot; dat is, al zulke stukken vlees, als in den pot behoren te zijn.
,
 stukken te zamen daarin, Betekenende de inwoners, inzonderheid de rijke, vette, weelderige burgers en groten van Jeruzalem.
,
 alle goede stukken, Hebreeuws, alle, of elk goed, of beste stuk.
,
 dij en den schouder, Of, lenden, heup, achterbout.
,
 keur der beenderen Dat is, uitgelezenste beenderen, als mergbenen, of bonken.
Copyright information for DutSVVA