Galatians 4:4-5
4Maar wanneer de volheid des tijds gekomen is, heeft God Zijn Zoon uitgezonden, geworden uit een vrouw, geworden onder de wet; ▼▼ de volheid des tijds Dat is, de volwassene ouderdom der gemeente, om uit deze voogdij gesteld te worden. Of, als de tijd vervuld was, dien God bestemd had om Zijnen Zoon in de wereld te zenden.
,
▼
,
▼▼ geworden Anders, geboren.
,
▼
,
▼ 5Opdat Hij degenen, die onder de wet waren, verlossen zou, en opdat wij de aanneming tot kinderen verkrijgen zouden. ▼▼ degenen, die Dat is, die onder het juk waren van de wet der ceremoniën, en ook onder den vloek en de scherpe gehoorzaamheid van de wet der zeden, waar hij in dit vierde hfdst. ook van spreekt. Zie vs.21.
,
▼
,
▼
Copyright information for
DutSVVA