Genesis 19:12-13

12Toen zeiden die mannen tot Lot: Wien hebt gij hier nog meer? een schoonzoon, of uw zonen, of uw dochteren, en allen, die gij hebt in deze stad, breng uit deze plaats;
 die gij Anders, wat gij hebt, enz.
13Want wij gaan deze plaats verderven, omdat haar geroep groot geworden is voor het aangezicht des Heeren, en de Heere ons uitgezonden heeft, om haar te verderven.
 haar geroep Versta het geroep der inwoners van Sodom.
,
 groot Zie boven Gen 4:10, en Gen 18:20.
,
 voor het Alzo gekomen tot zijne kennis, dat Hij naar zijn gerechtigheid wraak daarover doen wilde. Want het aangezicht des Heeren is tegen degenen, die kwaad doen, om hun gedachtenis van de aarde uit te roeien, Psa 34:17.
Copyright information for DutSVVA