Jeremiah 48:11

11Moab is van zijn jeugd aan gerust geweest, en hij heeft op zijn heffe stil gelegen, en is van vat in vat niet geledigd, en heeft niet gewandeld in gevangenis; daarom is zijn smaak in hem gebleven, en zijn reuk niet veranderd.
 gerust geweest, Dat is, zeker en zorgeloos, levende op zijn gemak en in weelde, [vergelijk Amo 6:1 ,] niet vrezende voor enigen overlast. Vergelijk Pro 1:32-33 , en boven Jer 46:27 , alwaar het volk Gods een andere gerustheid beloofd wordt.
,
 heffe stil gelegen, Of, droesem, moer.
,
 geledigd, Dat is, niet afgelaten, afgestoken van het ene vat in het andere; ene gelijkenis van den wijn genomen. De zin is dat Moab, van den beginne af in zijn land gebleven zijnde, rijk, weelderig, machtig en trots geworden is, gelijk de volgende woorden verklaren.
,
 gebleven, Hebreeuws, gestaan.
Copyright information for DutSVVA