Job 38:6
6Waarop zijn haar grondvesten nedergezonken, of wie heeft haar hoeksteen gelegd? ▼▼ hoeksteen Hebreeuws, de steen haars hoeks; dat is, die het werk samenhecht en vastmaakt. Vergelijk
Psa 118:22 ;
Mat 21:42 .
,
▼▼ gelegd? Hebreeuws, geworpen.