Numbers 18:7

7Maar gij, en uw zonen met u, zult ulieder priesterambt waarnemen in alle zaken des altaars, en in hetgeen van binnen den voorhang is, dat zult gijlieden bedienen; uw priesterambt geve Ik u tot een dienst van een geschenk; en de vreemde, die nadert, zal gedood worden.
 voorhang is, Waardoor het heilige van den voorhof onderscheiden wordt.
,
 van een geschenk; Dat is, dat gij met uw linie tot het hogepriesterambt voor anderen zijt verkoren en dat bedienen zult, is een loutere genadegave van Mij, gelijk Ik ook den Levieten het hunne geschonken heb; noch gij, noch zij hebben het verdiend. Alzo is ook het geestelijke, dat hierdoor voorgebeeld en beduid was; te weten, onze gemeenschap met onzen hogepriester Jezus Christus, mitsgaders zijn verdiensten en zaligmakende weldaden, een loutere genadegave des HEEREN; Isa 9:5; Rom 3:24, en Rom 8:32, en Rom 11:35; Eph 2:7-9, enz.; 2Ti 1:9; 1Pe 2:9-10; 1Jo 4:10; Rev 1:5-6.
,
 vreemde, die nadert, Die niet is van Aärons linie, en zich het priesterambt wil aannemen. Zie boven, Num 16:40, en 2Ch 26:19.
Copyright information for DutSVVA