‏ Numbers 27:5-6

5En Mozes bracht haar rechtzaak voor het aangezicht des Heeren.
 rechtzaak Hebreeuws, het oordeel, of, gericht; dat is, zaak, different of geschil, hetwelk door de uitspraak van God gewezen moest worden. Want het was nog in twijfel of de dochters, als er geen mannelijke erfgenaam was, zouden mogen delen, dan of, met een bruidsgift uit de erfenis zouden moeten scheiden.
,
 het aangezicht des HEEREN Dat is, in de tent der samenkomst, waar Mozes de stem des HEEREN van boven het verzoendeksel der ark, uit het midden der twee cherubim, hoorde tot het spreken. Zie Exo 25:22, en boven, Num 7:89. Of versta, dat Mozes door het middel der tekenen urim en thummim, die aan den borstlap des hogepriesters waren, den wil van God vernomen heeft. Vergelijk onder, vs.21.
6En de Heere sprak tot Mozes, zeggende:
Copyright information for DutSVVA