Numbers 29:35
35Op den achtsten dag zult gij een verbodsdag hebben; geen dienstwerk zult gij doen. ▼▼ verbodsdag hebben; Hebreeuws, verbod, of, ophouding. Omdat op dien dag alle dienstwerk verboden was. Zie
Lev 23:36. Dit was de grote dag van het feest, op welken Christus stond in den tempel, en riep de dorstige zielen tot hem, belovende dezelve verkwikking;
Joh 7:37.