Numbers 30:2
2Wanneer een man den Heere een gelofte zal beloofd, of een eed zal gezworen hebben, zijn ziel met een verbintenis verbindende, zijn woord zal hij niet ontheiligen; naar alles, wat uit zijn mond gegaan is, zal hij doen. ▼ , ▼▼ een eed zal gezworen hebben, Te weten, zich door deze verplichtende en schuldig makende, van het te willen doen of laten.
,
▼▼ zijn ziel met een verbintenis Hebreeuws, een band op zijn ziel bindende; dat is, zichzelven of zijn persoon; alzo in het volgende. Gelijk de lichamen gebonden worden met touwen en zelen, om in een zekere plaats te blijven, alzo worden de zielen der mensen gebonden door belofte aan den HEERE gedaan, om aan hetgeen, wat zij beloofd hebben, zich vast te houden.
,
▼▼ ontheiligen; Dat is, tot schande en oorzaak van lastering maken, met zijn belofte te breken.
,
▼
Copyright information for
DutSVVA