Obadiah 13
13Noch ter poorte Mijns volks ingegaan zijn, ten dage huns verderfs; noch gezien hebben, ook gij, op zijn kwaad, ten dage zijns verderfs; noch uw handen uitgestrekt hebben aan zijn heir, ten dage zijns verderfs; ▼▼ gij, Wien het, als bloedverwant, niet betaamt te doen wat de vreemden en vijanden doen.
,
▼
,
▼
Copyright information for
DutSVVA