Psalms 50:21

21Deze dingen doet gij, en Ik zwijg; gij meent, dat Ik te enenmale ben, gelijk gij; Ik zal u straffen, en zal het ordentelijk voor uw ogen stellen.
 zwijg Of, houd mij stil, u op de daad niet straffende, maar tijd gunnende tot bekering, naar mijne lankmoedigheid die nochtans misbruikt. Verg. Rom 2:4-5 .
,
 ten Hebr. zijnde zij, of zijn zal.
,
  ordelijk Gelijk op een rij, of in orde, zal Ik u optellen en doen gevoelen al uwe verbondsbrekingen.
Copyright information for DutSVVA