1 Kings 11:7
7Toen bouwde Salomo een hoogte voor Kamos, het verfoeisel der Moabieten, op den berg, die voor Jeruzalem is, en voor Molech, het verfoeisel der kinderen Ammons. ▼
,
▼▼ Kamos, De naam van een afgod der Moabieten en Ammonieten, van denwelken zie ook
Num 21:29;
Jdg 11:24;
Jer 48:7. Dezen met de twee afgoden, gemeld vs.5, heeft de vrome koning Josia weggenomen;
2Ki 23:13.
,
▼▼ der Moabieten, Die daarom het volk van Chemos genaamd worden;
Num 21:29.
,
▼▼ berg, Namelijk, den Olijfberg. Van denwelken zie
2Sa 15:30, en wordt genaamd,
2Ki 23:13, de berg Maschith, dat is, des verdervers, omdat de Joden zich daar door afgoderij verdierven.
,
▼▼ Molech, Ook Milcom genaamd, boven, vs.5.