1 Samuel 25:38-39

38En het geschiedde omtrent na tien dagen, zo sloeg de Heere Nabal, dat hij stierf. 39Toen David hoorde, dat Nabal dood was, zo zeide hij: Gezegend zij de Heere, Die den twist mijner smaadheid getwist heeft van de hand van Nabal, en heeft zijn knecht onthouden van het kwade, en dat de Heere het kwaad van Nabal op zijn hoofd heeft doen wederkeren! En David zond heen, en liet met Abigaïl spreken, dat hij ze zich ter vrouwe nam.
 knecht Dat is, mij.
,
 onthouden Anders, teruggehouden
,
 van het kwade, Of, van die boze daad; te weten, dat ik onschuldig bloed zou vergoten hebben, uit eigen wraakgierigheid.
,
 liet met Abigaïl spreken, Te weten, door zijn gezanten, en nadat Nabal een tijdlang was dood geweest.
Copyright information for DutSVVA