‏ 2 Chronicles 35:7-8

7En Josia gaf voor het volk, van klein vee, lammeren en jonge geitenbokken, die alle tot paasofferen, naar al hetgeen er gevonden werd, in getal dertig duizend; maar van runderen drie duizend; dit was van des konings have.
 gaf voor het volk, Of, hief, of gaf een heffing; dat is, een offer of geschenk. Het woord heffen wordt voor offeren of schenken genomen, gelijk boven, 2Ch 30:24 ; zie de aantekening; gelijk het woord heffing voor offer. Zie Num 5:9 , en boven, 2Ch 30:24 , met de aantekening, idem hier in het volgende.
,
 jonge geitenbokken, Hebreeuws, zonen der geiten. Zie Lev 1:14 .
,
 naar al hetgeen Dat is, tegenwoordig, of voorhanden was onder het klein vee des konings, dat geschikt was om op dit feest geslacht te worden, naar de wet, Exo 12:5 . Anders, naar al degenen, die daar gevonden werden; dat is, naar dat genoeg was voor het volk, dat te Jeruzalem tot het paasfeest gekomen was.
,
 runderen Deze dienden tot brandoffers en dankoffers, die men op dit feest ook offeren moest. Zie Num 28:19 .
8Ook gaven zijn vorsten tot een vrijwillig offer voor het volk, voor de priesteren, en voor de Levieten; Hilkia, en Zacharia, en Jehiel, de oversten van het huis Gods, gaven den priesteren tot paasofferen, twee duizend en zeshonderd klein vee, en driehonderd runderen.
 vorsten Vergelijk boven, 2Ch 30:24 , waar te zien is wat zij gegeven hebben.
,
 vrijwillig Zie Lev 7:16 .
,
  Hilkia, Dat is, de overpriester en de twee priesters der tweede ordening, die des overpriesters medehelpers waren, doch onder hem stonden. Zie Num 3:32 , en 2Ki 23:4 .
,
 klein vee, Met dit invoegsel wordt hier de zin aangevuld uit vs.6.; hetzelfde wordt gedaan in vs.9.
Copyright information for DutSVVA