2 Kings 11:10
10En de priester gaf aan de oversten van honderd de spiesen en de schilden, die van den koning David geweest waren, die in het huis des Heeren geweest waren. ▼▼ die van den koning Dat is, die David van zijn vijanden had genomen, en mogelijk den Heere in den tabernakel tot een gedachtenis geheiligd had; gelijk het zwaard van Goliath,
1Sa 21:9, en de schilden der Syriërs,
2Sa 8:7, die daarna schijnen van Salomo in den tempel gebracht te zijn,
1Ki 7:51.